Wij gaan boodschappen doen in de supermarkt

Onderwerp:
het boodschappenlijstje
Door: Ingrid de Vries
Laatst bewerkt op: 29 oktober 2024
Vandaag gaan we boodschappen doen in de supermarkt. Hiervoor hebben we een boodschappenlijstje nodig. In de supermarkt gaan we op zoek naar onze boodschappen. Als we alles hebben gevonden van ons boodschappenlijstje dan gaan we afrekenen bij de kassa.

Handig!

Liedjes

Thuiskaart
Lab: Wij gaan boodschappen doen in de supermarkt

Wij gaan boodschappen doen in de supermarkt
Wat doe je?
We gaan samen een boodschappenlijstje maken. Schrijf/ teken samen met je kind op een boodschappenlijstje wat je allemaal nodig hebt om samen het lievelingseten van je kind te maken. Je kunt eventueel ook gebruik maken van reclamefolders. (Je kunt deze ook uitknippen en op het boodschappenlijstje plakken) . Pak je boodschappentas, het boodschappenlijstje, je portemonnee en ga met je kind naar de supermarkt, om de benodigdheden te kopen. Ga samen naar de kassa en laat je kind afrekenen. Thuis ga je dan samen het lievelingseten klaar maken.

Oefen deze woorden thuis

  • afrekenen
  • de portemonnee
  • de kassa
  • het boodschappenlijstje
  • pinnen
Proefje
Gebruik bij deze activiteit vooral de volgende woorden: het boodschappenlijstje, de portemonnee, de kassa, afrekenen, pinnen.
Lab: Wij gaan boodschappen doen in de supermarkt

Benodigdheden

kring: de boodschappentas, het boodschappenlijstje, de portemonnee, contant geld (briefgeld en muntgeld) pinpas, potlood. 

Proefje 1:  praatplaat (bas) van de supermarkt. 

Proefje 2:  Een boodschappenlijstje maken m.b.v. reclamefolders van de supermarkt ( Scharen, plakstiften, stiften voor de kinderen die de boodschap zelf willen schrijven )

Proefje 3: De supermarkthoek, boodschappenlijstje, miniatuur boodschappen, winkelkarretje, boodschappentas, portemonnee met geld en pinpas, kassa.

Proefje 4: Boodschappen memory  van producten uit de supermarkt.  (de bakwoorden komen hier ook in terug, naast producten uit de supermarkt) 

 Proefje 5: Boodschappen per afdeling sorteren in een hoepel. ( groente/fruit afdeling - vleesafdeling - zuivel - brood - overig)  Hiervoor verzamel je voor iedere afdeling een aantal verpakking/ of afbeeldingen van de producten) 

Proefje 6: Kimspel ; Wat is er weg.  ( Echte of speelgoedboodschappen, aangevuld met o.a portemonnee, pinpas  en een doek om de spullen af te dekken) 

  • Kring openen

    We komen binnen met de boodschappentas in onze hand. In de boodschappentas zit een portemonnee met contant geld, zowel munten als briefjes en de pinpas. In onze tas zit ook een boodschappenlijstje en een potlood. We vullen het boodschappenlijstje nog verder aan. 

    We zijn met 2 professoren en spelen het volgende rollenspel uit.

    1) Hé wat ga jij doen? Waarom heb jij je jas aan en een boodschappentas bij je? 
    2) Het is vandaag ........dag en dan doe ik altijd de boodschappen in de supermarkt.
    1) O, en wat ga je kopen dan?
    2) Ik kan je mijn boodschappenlijstje wel even voorlezen.........(pakt de boodschappenlijst erbij.....en leest voor) 
    1) Waarom schrijf je dat allemaal op?
    2) Dan vergeet ik niets.
    1) Ik zie dat er nog meer in je tas zit?
    2) Ja, dat klopt, want ik heb ook nog een portemonnee met geld en mijn pinpas bij me. Want daarmee kan ik bij de kassa de boodschappen gaan afrekenen.

  • Tips

    - Je kunt ook in de kring samen met de kinderen het boodschappenlijstje maken, of evt aanvullen.
    - Je kunt op bezoek gaan naar de supermarkt en dan de boodschappen van het boodschappenlijstje gaan opzoeken en afrekenen 

  • Benodigdheden

    kring: de boodschappentas, het boodschappenlijstje, de portemonnee, contant geld (briefgeld en muntgeld) pinpas, potlood. 

    Proefje 1:  praatplaat (bas) van de supermarkt. 

    Proefje 2:  Een boodschappenlijstje maken m.b.v. reclamefolders van de supermarkt ( Scharen, plakstiften, stiften voor de kinderen die de boodschap zelf willen schrijven )

    Proefje 3: De supermarkthoek, boodschappenlijstje, miniatuur boodschappen, winkelkarretje, boodschappentas, portemonnee met geld en pinpas, kassa.

    Proefje 4: Boodschappen memory  van producten uit de supermarkt.  (de bakwoorden komen hier ook in terug, naast producten uit de supermarkt) 

     Proefje 5: Boodschappen per afdeling sorteren in een hoepel. ( groente/fruit afdeling - vleesafdeling - zuivel - brood - overig)  Hiervoor verzamel je voor iedere afdeling een aantal verpakking/ of afbeeldingen van de producten) 

    Proefje 6: Kimspel ; Wat is er weg.  ( Echte of speelgoedboodschappen, aangevuld met o.a portemonnee, pinpas  en een doek om de spullen af te dekken) 

  • Meertaligheid

    - Met de anderstalige leerlingen, doen we pré-teaching over het onderwerp  met ondersteuning van de praatplaat, hierbij maken we ook gebruik van  de bakwoorden. 

Proefjes

Praatplaat Bas: de supermarkt

Proefje

Praatplaat Bas: de supermarkt
Lab: Wij gaan boodschappen doen in de supermarkt

Wat doe je?

We maken een boodschappenlijstje

Proefje

We maken een boodschappenlijstje
Lab: Wij gaan boodschappen doen in de supermarkt

Wat doe je?

Je kind knipt, de plaatjes van producten uit. Deze plak je op het boodschappenlijstje. Je kind mag het ook opschrijven, of er onder krabbelen.

Wat zeg je?

We gaan boodschappen doen in de supermarkt. We moeten een boodschappenlijstje maken. Wat hebben we nodig? Wat moeten we kopen? Zijn we nog iets vergeten?

De supermarkthoek

Proefje

De supermarkthoek
Lab: Wij gaan boodschappen doen in de supermarkt

Wat doe je?

Rollenspel in de supermarkt. Je speelt samen met het kind/ groepje dat je naar de supermarkt gaat. Je hebt je boodschappentas en je boodschappenlijstje bij je. Je gaat verschillende producten pakken en kopen. Je gaat naar de kassa en gaat afrekenen.

Wat zeg je?

Wat staat er allemaal op ons boodschappenlijstje? Hebben we alles van het boodschappenlijstje gevonden? We gaan afrekenen bij de kassa. Gaan we met contant geld betalen of gaan we pinnen? Passen al onze boodschappen in onze boodschappentas.

Boodschappen memory

Proefje

Boodschappen memory
Lab: Wij gaan boodschappen doen in de supermarkt

Wat doe je?

Boodschappen sorteren (per afdeling)

Proefje

Boodschappen sorteren (per afdeling)
Lab: Wij gaan boodschappen doen in de supermarkt

Wat doe je?

Alle boodschappen liggen in een mand. Leg 5 hoepels klaar en laat de kinderen sorteren welke producten bij elkaar in de winkel liggen. Bij elke hoepel ligt een plaatje van de juiste afdeling. (groente/fruit, vlees, zuivel, brood en overige)

Wat zeg je?

In de supermarkt zijn verschillende afdelingen, waar je je boodschappen kunt vinden. groente/fruit, vlees, zuivel, brood en overige.

Kimspel; Wat is er weg

Proefje

Kimspel; Wat is er weg
Lab: Wij gaan boodschappen doen in de supermarkt

Wat doe je?

Je bekijkt en bespreekt samen wel boodschappen / benodigheden om boodschappen te doen er op tafel liggen. Je legt 5 producten op tafel ( hiermee kun je variëren in aantal) Dan dek je de spullen af met een doek. De kinderen doen hun ogen dicht. Jij pakt 1 van de voorwerpen weg. De kinderen doen de ogen open en jij haalt de doek weg. Je geeft iemand de beurt en vraagt wat is er weg. (Moeilijker maken...... haal twee of meer dingen weg) Je kunt ook een kind de beurt geven om iets weg te pakken.

Wat zeg je?

Wat ligt er allemaal op tafel. Hoe heet het. En kun je dit in de supermarkt vinden? Of heb je deze dingen nodig om boodschappen te gaan doen? Ik leg er 5 op tafel. En het kleed er over heen. (de rest schuif ik even aan de kant) Jullie doen je ogen dicht. Ik pak 1 ding weg. Ik geef zo meteen aan iemand de beurt om te vertellen wat ik heb weg gepakt

    Plaats een reactie

    U dient in te loggen om een reactie te plaatsen.